6 jaar samen
Vandaag is de dag dat Milan en ik zes jaar samen zijn. Of in ieder geval zes jaar officieel een relatie hebben. Zes jaar. ZES. JAAR. Weet je hoe lang dat is? Als je mij vijfeneenhalf jaar geleden had verteld dat wij het zes jaar uit zouden houden, had ik je recht in je gezicht uitgelachen. Ons samenzijn heeft namelijk nogal wat ups en downs gekend, en dat waren soms lastige dingen om mee om te gaan. Maar, laat ik even bij het begin beginnen.
Milan en ik hebben elkaar leren kennen op de Golfclub waar ik werkte en waar Milan golfte. (Dat doen we nu overigens allebei nog steeds.) Toen ik net in het restaurant kwam werken, viel het mij op dat Milan altijd vrolijk was. Al-tijd. Begroette iedereen altijd met een grote lach op zijn gezicht, was spontaan, viel goed in de groep, altijd blij. Vreselijk vond ik dat, echt verschrikkelijk. Nee, het was absoluut geen liefde op het eerste gezicht. Ik weet nog dat ik tegen een collega mijn verbazing uitsprak over de vrolijkheid van Milan. ‘Je zou zijn vriendin zijn, ‘s ochtends naast die jongen wakker worden en hij je heel vrolijk goedemorgen wenst en op bed begint te springen van blijheid. Vreselijk, toch?’ Ikzelf ben namelijk altijd nogal somber, helemaal 7 jaar geleden. Toen was het leven gewoon ronduit kut. Dus nee, ik voelde me absoluut niet aangetrokken tot Milan. Hij was ook totaal niet mijn type. In mijn hoofd viel ik op langharige, stoere, slanke, goedgebouwde mannen met een rockster-uiterlijk en tatoeages. Maar goed, ik was jong en onervaren en had één soort van vriendje gehad (welke echt een softie eerste klas was, maar daar gaat het nu niet over) dus ik had geen idee waar ik het over had.
Enfin, om een lang verhaal kort te maken: een collega werd een goede vriendin. Zij ging om met de zus van Milan, waardoor ik daar dus automatisch ook mee omging en dus ook met Milan in contact kwam. Snapt u het nog? Die tijd bestond uit heel veel gezellige avonden met drankjes, spelletjes op de Wii of met z’n allen uit. Toch trokken Milan en ik op één of andere manier altijd naar elkaar toe. Zelfs na schooltijd reed ik naar hem toe om daar gewoon even op visite te gaan. Toen hadden we nog niks, maar zaten we gewoon op het bankje voor zijn huis. Ik pafte toen nog een pakje sigaretten per uur weg, en Milan kwam dan naast mij zitten in die rookwalm en dan zaten we daar gewoon.
Ondertussen sms’ten (ja, ja, heeft ons een fortuin gekost) we heel veel als we elkaar niet zagen. Ik denk dat we elkaar toen allebei al wel leuk vonden, maar niemand echt de stap durfde te zetten. Op weer zo’n gezellige avond met drankjes, ging Milan met mij mee naar buiten omdat ik even ging roken. Toen heb ik hem vol op zijn bek gepakt, maar dat was niet het begin van een ‘echte’ relatie. Ik kwam de dagen er na gewoon na school weer langs. Op 17 maart 2010 zijn we gaan lopen met de hond in het bos, en vroeg Milan zich af of we nu al officieel iets hadden. We hebben toen besloten om 17 maart te bestempelen als de officiële datum, na heel veel getwijfel van mijn kant. We hebben nog een uur zitten tongen op dat bankje en toen zijn we weer naar huis gegaan. We gaan elk jaar terug naar dat bankje. Niet om te tongen, maar om gewoon te zitten en terug te gaan naar dat moment. Vandaag zijn we ook weer geweest. Het stelt niets voor, maar het gaat om het idee.
Vanaf het moment dat het officieel was, heb ik altijd mijn twijfels gehad. Het is daardoor ook echt drie keer uit geweest of zo. De laatste keer wilde ik vrijheid, vlinderen wordt dat ook wel genoemd. Ik ben gaan vlinderen, maar ik vond het toch leuker om bij Milan te zijn. Heel soms komt deze periode nog wel eens naar boven als Milan en ik diepgaande gesprekken hebben, en altijd als we het hier over hebben eindigt het in irritatie of een kleine ruzie. Dus meer zeg ik er ook niet over, voordat ik zo een internetoorlog ben begonnen. Laat ik het zo zeggen, ik heb toen op mijn manier genoten van de vrijheid en dat was voor mij voldoende.
We hebben veel dingen doorstaan samen. Heel veel leuke dingen, maar ook heel veel dingen waaraan we liever niet meer terugdenken. De leuke dingen waren bijvoorbeeld het samenzijn. Dat was nieuw voor mij, om iemand écht te leren kennen en dingen te ontdekken (ja, dit gaat ook over krikken). Ook was onze tijd in Leeuwarden fantastisch. Ik heb een tijdje illegaal bij Milan op zijn studentenkamer van 15 vierkante meter gewoond omdat ik thuis om bepaalde redenen niet meer welkom was. Hoe vervelend de omstandigheden ook waren, dat heeft ons echt dichter bij elkaar gebracht. Uiteindelijk zijn we op zoek gegaan naar een huisje in Leeuwarden voor ons samen en we hebben daar met heel veel plezier gewoond.
Het gekke van zo lang samen zijn, vind ik eigenlijk dat je toch nog dingen over elkaar leert, dat je elkaar nog steeds kunt verrassen. Maar het is ook fijn dat je dingen van elkaar kunt leren. Door Milan ben ik echt veel positiever gaan denken. Ook al vond ik zijn vrolijkheid in het begin echt hinderlijk, zijn positieve instelling is voor mij echt goed geweest. Daar komt bij dat Milan echt niet áltijd supervrolijk is. Hij is nooit chagrijnig, maar zoals iedereen kan ook Milan zijn dag wel eens niet hebben. Hij kan dat alleen heel goed verbloemen. Milan is, los van mijn zussen en ouders, één van de weinige mensen bij wie ik compleet mezelf durf te zijn maar ook kán zijn. Hij vindt me zelfs nog leuk als ik make-uploos in mijn pauperoutfit als een ongestelde huisvrouw chocola zit te eten terwijl ik Netflix kijk. Want ja, lieve mensen, dat hoort ook bij een relatie. Het is in het begin misschien sexy lingerie, maar als je je vertrouwder bij elkaar voelt, komen de oma-onderbroeken gewoon weer boven water hoor.
Soms vraag ik wel eens aan Milan of hij het idee heeft dat hij bij mij onder de plak zit. Af en toe speelt mijn onzekerheid namelijk nog wel eens op, zelfs na 6 jaar. Als ik dan weer chagrijnig ben vanwege werk, het huishouden of iets anders stoms ga ik aan mezelf twijfelen en dat reageer ik af op Milan. ‘Vind je mij een kutwijf?’ ‘Vind je dat je bij mij onder de plak zit?’ ‘Waarom ben je nog bij me?” Dat zijn vaak de vragen die ik stel, maar Milan kan mij naar eigen zeggen makkelijk aan. En dat is ook zo, ook al ben ik vet boos of chagrijnig, hij hoeft maar één ding te zeggen waardoor ik m’n lach niet in kan houden en dan is het weer goed. Dus ja, ik ben echt een kutwijf maar Milan kan daar heel goed mee omgaan, godzijdank.
Verder hebben we allebei dezelfde muzieksmaak (uitzonderingen daargelaten), allebei eczeem (na een hete douche of met zweterig weer zijn wij een symfonie van rondvliegende huidschilfers), houden we allebei van schoenen (Milan heeft sowieso meer schoenen dan ik), zijn we gek op eten en houden allebei van het kopen van rommel. Verder vindt Milan het leuk als ik golf leuk vind (nee, geen geduld voor), dring ik nog wel eens dingen aan hem op (JE GAAT NU NAAR DE MUZIEK VAN MATT CORBY LUISTEREN), erger ik me kapot aan het feit dat hij altijd verkouden is en zit te krabben, maar vindt Milan het ook irritant dat ik vaak zijn shit weggooi of verstop als hij weer iets laat slingeren. Maar hey, we kunnen allemaal wel doen alsof we perfect zijn, maar we weten allemaal dat dat niet zo is, hé.
Gelukkig ziet Milan er tegenwoordig niet meer uit als Justin Bieber en ik niet echt meer als ma Flodder. Tegenwoordig hebben we wel gewoon tijd voor een bezoekje aan de kapper. Verder accepteren we elkaar gewoon zoals we zijn en hebben we vooral lol samen. Want dat is het belangrijkste.
Oké, nou, nog een paar slijmballenfoto’s en dan is het klaar.
Voor vragen, een diepte-interview of advies kun je altijd een reactie achterlaten. Joe!